Ingezonden bijdrage van Max van der Glas

Terug naar de vorige pagina <<

 

index ingezonden

Max.C.van.der.Glas (1938-2016)
(Natanya Israël)

index Max

De ‘slavernij’ in de jaren dertig (en veertig) en het Amsterdamse Bos wordt 75 jaar.

Onze alom gewaardeerde Amsterdams stadsdichter uit ZuiderAmstel, de Heer Karel N.L. Grazell, heeft op zijn eigen speciale en treffende toon, over het ontstaan van het door Amsterdammers zo liefkozend genoemde "Bosplan" geschreven.
Er zijn maar weinig Amsterdammers die niet in het duizend hectaren grote "Bosplan" zijn geweest, zij het om te wandelen via de heerlijke wandelpaden, te vissen in de Bosbaan, te joggen, te voetballen, te fietsen, te spelen met de kinderen, het pannenkoekenhuis of de kinderboerderij bezocht hebben, andere heerlijk ontspannen dingen hebben gedaan, of zomaar op het terras achter een versnapering gezeten hebben.

Het Bosplan brengt voor velen onuitwisbare herinneringen in gedachten en mag zich zeker verheugen in een enorme belangstelling, niet alleen Amsterdammers, maar van velen die in de omliggende omgeving wonen.
In welk jaargetijde dan ook, het is telkens weer een genot de kleurschakeringen en de constante veranderingen van de natuur te aanschouwen, of gewoon even tot rust te komen door er heerlijk te wandelen.
In de loop der jaren en ondanks de ettelijke duizenden kilometers die ik er gelopen heb, verbaas ik mij steeds weer dat ik nieuwe dingen waarneem, die mij steevast de kreet ontlokken,"verrek, was dat al hier of niet, want ik heb dit nog nooit gezien".
Het "Bosplan" is onlosmakelijk verbonden met de Rivierenbuurt en zijn bewoners door de jaren heen, evenals de Albert Cuyp, waar ik in een volgend stukje op terug kom.
Hieronder een kleine geschiedenis van "het bos".

Als een van de eerste die zich sterk maakten voor een bos  tussen het Nieuwe Meer en de Haarlemmermeerpolder, was de toenmalige Amsterdamse burgervader Willem de Vlugt, die deze functie bekleedde van 1932 tot aan zijn gedwongen aftreden in 1941, als represaille, n.a.v de Februaristaking.
Inderdaad was het in de dertiger jaren een lumineus  idee van de Amsterdamse bestuurders om de vele tienduizenden hoofdstedelijke werkelozen te werk te stellen, want na de beurscrash van 25 oktober 1929  (zwarte donderdag), was het in sneltreinvaart achteruit gegaan met de economie in Amerika en Europa en de werkeloosheid vierde hoogtij.
Onder de toenmalige regering van Ruys de Beerenbrouck, werd een "Nationaal Crisis Comité" geïnstalleerd, die oplossingen moesten zoeken om de enorme werkeloosheid te bestrijden.
Er werd naarstig naar projecten gezocht om deze mensen via de werkverschaffing aan werk te helpen.
Eén van deze projecten was het aanleggen van een bos en men vond, dat van de diverse mogelijkheden, de locatie tussen Amsterdam en Amstelveen het meest geschikt was.
De Nederlandse Heide Maatschappij kreeg de opdracht om het werk uit te voeren, waarvoor door de regering een vorstelijke subsidie werd verstrekt.
In 1934 werd met het werk begonnen.
In die tijd moesten de werkelozen "stempelen" bij de arbeidsbureaus en stonden lange rijen werkzoekenden voor de deuren van deze kantoren. Alleen zij die stempelden kregen werk als dat er was, of een uitkering van de sociale dienst, die bestond uit het bedrag van 15 gulden voor een gezin met 2 of 3 kinderen. Zij die in de gelukkige omstandigheden van werk waren, verdienden, al hoe wel het geen vetpot was, ruim het dubbele. Velen probeerden dus werk te vinden door zich aan te melden voor dit zware werk.
Ondertussen was de regering van Hendrik Colijn aan het bewind gekomen en werd deze lijn voortgezet.

In Bosplan werd in eerste instantie begonnen om de roeibaan te graven, die o.a ter vervanging moest dienen voor de tot dan toe gehouden roeiwedstrijden en trainingen op de rivier de Amstel en het  lange afstand zwemwedstrijden en die in eerste instantie 2200 meter lang en 76 meter breed was. (later is deze verbreed tot 92 meter in 1963 en tot 118 meter in 2001)
Pas daarna werd het omliggende gedeelte beplant. In totaal hebben er zo'n 15.000 mensen aan deze roeibaan gegraven tussen 1934 en 1937/38. Eigenlijk heeft men tot het uitbreken van de oorlog in 1940 constant doorgewerkt aan de verdere uitbreiding van het bos.


Foto uit "Bosplan" 1944

In het begin van de oorlog heeft men gewoon doorgewerkt, alhoewel op kleinere schaal. Dit kwam in hoofdzaak door de verordening van de Duitse bezetter dat alle jonge mannen, in de leeftijd van 18 tot 40 jaar, zich moesten aanmelden voor Arbeideinsatz in Duitsland en de meeste zich of melden of onderdoken. De Nederlandsche Heide Maatschappij, ( N.H.M.), die een zeer kwalijke rol speelde tijdens de bezettingsjaren, bleef wel de leiding uitvoeren, ook toen later de Duitsers verschillende werkkampen in het bos * oprichten. (zie voetnoot)
Zo kwam er een werkkamp voor politieke en niet joodse gevangenen, terwijl bij de omgeving van het Nieuwe Meer een werkkamp ingericht werd voor joden. Deze zijn vanuit het bos vervoerd, linea-recta naar het concentratie kamp, waarna zij bij aankomst direct vermoord zijn.
Nadat praktisch alle joden uit Amsterdam gedeporteerd waren , of zoals weinig anderen, hadden kunnen onderduiken, werden er v.a. december 1943 ook joden die gemengd gehuwd waren gedwongen daar te werken, terwijl ook vele verzetstrijders daar geïnterneerd waren en tewerkgesteld werden.
Vele dwangarbeiders, zo mogen we deze mensen wel noemen,  hebben ook mee moeten helpen om bunkers te bouwen en het luchtdoelgeschut daar te helpen plaatsen, ter bescherming o.a. van het nabij gelegen Schiphol.
Voor al dit werk tijdens de oorlog, door mensen die daar door de Duitsers tewerkgesteld werden, is nooit betaald, ook niet door de N.H.M.

Ook kort na de oorlog is er nog door z.g. "DUW arbeiders" (Dienst Uitvoerende Werken) gewerkt aan de aanleg van het nog steeds zo genoemde "Bosplan".
Pas later in de 50er jaren heeft men het werk met machines verder afgemaakt en werd het werk ook gegund aan andere aannemers dan de N.H.M.


Foto uit "Bosplan" 1944

Zo rond de 50er jaren heeft men "Het Bosplan" omgedoopt naar de huidige officiële benaming, "Het Amsterdamsche Bos".

Als men nu in het idyllische Amsterdamse Bos is, heeft men geen idee van de vele ontberingen, angsten, vernederingen en het ongelooflijk harde werk dat daar doorstaan en volbracht is door al deze mensen.

Vergeten zijn de drijfjachten die er tot eind 60er jaren zijn gehouden door vrienden en de directie van het bos.
Vergeten zijn de boswachters die in 70er jaren tevergeefs om wapens vroegen tegen stropers (vooral vis) en overvallen.
Vergeten het begraven van slachtoffers van moorden en de buiten van overvallen.
Vergeten de vele overvallen en aanrandingen, die er in de loop der jaren hebben plaats gevonden.
Vergeten zijn de mooie plekjes met weggeworpen en achtergelaten rommel.
Vergeten zijn de gevonden en niet ontplofte bommen uit de 2de W.O.

Tja, het "Amsterdamsche Bos" heeft sinds zijn ontstaan een onstuimig en wisselvallig leven gehad.
Wat gebleven is zijn de vaak onvergetelijke herinneringen van een bezoek aan "Bosplan" !!

Max.C.van.der.Glas.
7 mei 2009

* Zie ook :

Een visie op onderdrukking, verzet en verraad tijdens de Tweede Wereldoorlog.  
Foute instellingen en bedrijven,

 

omhoog

Terug naar de vorige pagina <<