Ingezonden bijdrage van Max van der Glas

Terug naar de vorige pagina <<

 

index ingezonden

Max.C.van.der.Glas (1938-2016)
(Natanya Israël)

index Max

De Hongerwinter

Het was koud buiten, wat heet koud bar en boos, ijzig koud.
De temperatuurmeter, die op de waranda hing, wees ongeveer minus 7 graden aan.
Toch was het binnen warm, in de huiskamer snorde de haard van de meegebrachte sintels van de Wibautstraat en ook het gespokkelde hout vermengd met de houtblokjes die mijn broertje en ik, tussen de tramrails vandaan gestolen hadden, deden hun werk. In de keuken stond het fornuis ook aan aan, want opa, die eigenlijk in de Tweede Jan van der Heydestraat woonde, maar zeker drie keer per week bij ons kwam, ging brood maken.
Nu moet je weten dat mijn opa, bakker was geweest bij Stehlen op de hoek van de Dusartstraat en Ceintuurbaan. Mijn vader had wat meel op de kop weten te tikken en voor de rest waren er nog altijd de suikerbieten, waarvan stroop werd gemaakt en de pulp werd weer voor vele doeleinden gebruikt, zo ook voor brood.
Feest dus in huize van der Glas, waarover het algemeen de tulpenbollen op het menu stonden, in allerlei variaties, en aangemaakt met iets uit 'n klein flesje, waarvan de naam mij ontschoten is. Wij, mijn broertje en ik, stonden met grote ogen te kijken wat opa allemaal deed en af en toe mochten wij onze vingers aflikken. Het fornuis had van voren vier handgrepen om de deurtjes, zoals wij die noemden, open te trekken. Drie kleinere en een grote, wat de oven was. Hier werd het brood in gebakken. Aan de bovenkant zaten ook vier ronde openingen die je groter en kleiner kon maken door ringen er af of erbij te plaatsen en het geheel werd afgesloten door 'n deksel, waar in het midden 'n kuiltje zat met'n recht stukje staal, waardoor je het op kon lichten, met 'n ijzeren pook, als de pannen op het vuur werden gezet, wat in die tijd niet al te vaak gebeurde.
Opa was 'n meesterbakker in onze ogen en de heerlijke geuren die er verspreid werden als hij aan het bakken was, deed het water in onze monden komen. 's-Avonds als mijn vader thuis kwam van . . . . geen idee . . . . werd het Koningsmaal opgediend, alsof het een Yom-tov (feestdag) was. De enige die er dan niet bij was, was mijn opa "de bakker", want die moest voor spertijd weer thuis zijn.

Max.C.van.der.Glas.

omhoog

Terug naar de vorige pagina <<